
Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens
Artikel 57
1
Indien Onze Minister van Justitie in het openbaar register, bedoeld in artikel 22, eerste lid, van de Rijkswet op het Nederlanderschap, melding heeft gemaakt van het feit dat een persoon een verklaring tot verkrijging van het Nederlanderschap of een verklaring van afstand van het Nederlanderschap heeft afgelegd en de verklaring door de betrokkene niet in zijn gemeente van inschrijving is afgelegd, dan wel dat een persoon door verlening het Nederlanderschap heeft verkregen of door intrekking van het besluit waarbij het Nederlanderschap is verleend, het Nederlanderschap heeft verloren, doet hij daarvan mededeling aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente in de basisadministratie waarvan de betreffende persoon is ingeschreven. De mededeling bevat de datum waarop de verklaring in ontvangst is genomen of de datum waarop het Nederlanderschap is verkregen of verloren.
2
De griffier van de rechtbank te 's-Gravenhage dan wel de griffier van de Hoge Raad zendt van een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke uitspraak houdende de vaststelling van het Nederlanderschap of de vaststelling van het niet-bezitten van het Nederlanderschap, een afschrift aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente van inschrijving, dan wel indien deze onbekend is aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente 's-Gravenhage.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.